Vanmiddag ben ik – net als vroeger – met de fiets naar de stad gefietst. Ik merk dat mijn energieniveau weer terug is als ‘vanouds’ en dat ik dat vanmiddag als een uitdaging zag.
Ik deed dat niet meer. Op de zaterdagmiddag naar de stad. Te moe en te ‘blij’ dat ik gewoon thuis kon bijkomen van het werken in de week en daarbij nog enig werk thuis kon oppakken. Het werk buitenshuis was fysiek zwaarder en het kostte gewoon veel energie.
Nu hoor je wel veel over burn-outklachten e.a. De conclusie is uiteindelijk dat je verder moet met wie je bent en met wat je kunt en doet. En daar hoef je niet aan te twijfelen. Deze week heb ik weer vier dagen op kantoor gewerkt en dat was ronduit verrassend! De openingstijden van het bedrijf heb ik aangepast. In de economie blijft het een kwestie van vraag en aanbod en er is geen dwang. Buiten het feit dat je moet werken om aan inkomen te komen. (‘Er moet geld verdiend worden.’)
Ik durf nu wel te zeggen dat we een vrije economie hebben in Nederland en het is ook iets waar we misschien wel dankbaar voor mogen zijn. Zo mag je een eigen bedrijf starten als je wilt of je als zzp’er inschrijven bij de Kamer van Koophandel. Misschien is het ook iets wat beschermd moet worden; deze vrije economie.
Mijn naaiwerk wordt nu geconcentreerd op de vrijdag en zaterdag. Daarbij kan ik niet teveel werk aannemen, omdat hier ook een huishouding is. Maar het is toch soms verrassend hoe je met nieuwe mensen in contact komt en iets voor hen kunt betekenen.
Ja, net als vroeger. … het is goed om diensten te verlenen en soms komt er een contact wat je misschien wel wilt uitbouwen. We zien wat komt.